Sinds kort is er een derde persoon in mijn relatie. Met open ogen ben ik erin getrapt. Het begon als een experiment, gewoon een keertje kijken hoe het zou zijn. Mijn vriend begon meteen op internet vlijtig te zoeken naar de beste prijs/kwaliteit verhouding. En toen, op een zaterdag namiddag was het moment dáár. De deurbel ging, ik deed met trillende handen open… Daar stond ons ‘kadootje’. Iets wat ons dichter bij elkaar moest brengen. Opgedirkt in doorzichtig folie, en een grote rode strik leek het nog enigszins lieflijk. Geen spoor te bekennen van het kwaadaardige karakter dat binnen enkele dagen naar boven zou komen. Yotam Ottolenghi’s ‘Plenty’ is het kookboek dat ik ALLE schuld geef van mijn overkookte, en te heftig gekruide bloed.
Mijn moeder is een Keuken Heldin. Een vrouw die oprecht plezier beleeft aan de hele dag boven pruttelende pannen staan. Op haar schort staat ‘If you can’t stand the heat, get out of the kitchen’. YES PLEASE! Haar liefde voor koken is een van de vele eigenschappen die niet genetisch overgedragen zijn aan mij. Dat, en stressbestendigheid. En ik kan je vertellen; neurotische mensen tegen hun wil een gerecht uit een kookboek laten maken… dat is de Gaza strook op 3 m2 in Amsterdam Oud-West. En toch ging ik voor de bijl. Waarom? Goede vraag.
Mijn allerliefste houdt van koken. Van lekker eten. En vooral van lekker drinken. De hele stad doorfietsen voor allerlei lastige ingrediënten, om vervolgens 3 uur van zijn spaarzame vrije tijd te investeren in een wereldgerecht… Daar kikkert hij dus helemaal van op. Ik aan de andere kant, kan wel degelijk genieten van het eindresultaat, maar verander in een donderwolk als ik word gedwongen om mee te doen aan deze Grootscheepse Chaos. Onder het mom van ‘quality time’ en ‘ontspannen’ (zijn woordkeus) wilde ik niet kinderachtig doen, en gaf me over aan mijn lot. Resultaat: De inboedel is nog nèt niet verdeeld. Niet omdat we daar nog niet aan toegekomen zijn, maar omdat het gros door mij tegen de muur kapot gegooid is. Koken. Is. Gewoon. Echt. Niet. Mijn. Ding. Dat is het nooit geweest, en dat gaat het ook nooit worden. Meerdere pannen op het vuur houden vind ik als metaforisch begrip al lastig in mijn huidige leven, laat staan als het concreet voor je neus gebeurt! Mijn pasta is zompig zacht. Mijn kip nog rauw van binnen, maar verbrand van buiten. En mijn groente is doorgaans grijs, en niet meer identificeerbaar. I am Nigella’s Biggest Nightmare. En alhoewel ik mezelf daarbij heb neergelegd, heeft mijn wederhelft besloten dit als een ‘uitdaging’ te zien, en mij om te scholen naar een 3-sterren Miss Haute Cuisine. Dat dit proces met horten en stoten gaat is een understatement.
No comments:
Post a Comment