Wednesday, 27 July 2011

She's got a ticket to ride


I think I'm gonna be sad,
I think it's today, yeah.
The girl that's driving me mad
Is going away....


Zzzzzzzzzzzip it! Dat ben ik dus niet. Want ik heb geen ‘ticket to ri-hide’.
Wat? Maar,… hoe, maar je bent toch… he? Hoe kan dat nou?!
Ja dat weet ik dus GDVDMM ook niet! Laten we even terug gaan in de tijd.

Toen ik 18 werd vertrok ik voor een zogenaamd ‘gap-year’ naar Spanje. Officieel om een diploma Spaans te halen, officieus om vooral veel te feesten, te zuipen, de wereld te ontdekken etc. Verder dan ‘te quiero’ ben ik niet echt gekomen. Enfin, geen tijd om een rijbewijs te halen.

Tijdens mijn studie jaren begon het op een gegeven moment toch wel een beetje te kriebelen en besloot ik met rijlessen te beginnen. Rijinstructeur numero 1: Guido. Zittend in zijn dikke BMW stonden we vooral bij de McDonalds geparkeerd waar een zeer spraakzame Guido mij op de zoveelste cappucino trakteerde. Ondertussen moest hij ‘even zijn verhaal kwijt’. Meneer lag namelijk in scheiding, en dit was zeer vervelend. De enige les die ik hier heb geleerd luidt ‘als je ooit zo dom bent om te trouwen, doe het dan alsjeblieft op huwelijkse voorwaarden’. Thanks for the tip, komt vast nog een keer van pas. Bij deze vent ben ik maar liefst 2 keer gezakt. Hopelijk voor zijn andere leerlingen is de spraakwater put na een tijd droog komen te staan.

Guido werd vervolgd door Kevin. Kevin had kort stekeltjes haar, een oorbel en net zijn eerste kind gekregen. Jammer genoeg voor Kevin had deze baby last van het ‘huil-syndroom’. De auto werd daarom door Kevin vooral gebruikt als uitrustplaats (lees, stoel achterover en tukje doen) zodat meneer de verloren uurtjes kon inhalen. Dat ik onzeker en met trillende handjes alleen door Maastricht moest tuffen bleek hem niet al te veel te deren. Resultaat: ‘sorry, ik moet je toch laten zakken’. Strike three!

Ok, het ging me niet helemaal voor de wind. Het aantal gefaalde pogingen begon nu toch op te vallen. Ik besloot het even te laten rusten, in de hoop dat ikzelf en andere mensen om me heen het zouden vergeten. Totdat ik in Amsterdam aan het werk ging en het toch de hoogste tijd vond om dat rot papiertje nou eens te halen. Rijinstructeur numero 3: Kemal. ‘Seg maarrr, net as het sigarettuh merrrk, maar dan anderrrss’. Kemal was Turks en al een hele tijd gescheiden. Pfew, wat een opluchting! Dit keer hoefde ik niet als surrogaat-psychologe op te treden. Aber nein, aber nein! Iets te vroeg gejuicht. Kemal had namelijk wèl een stuk of 4 vriendinnetjes. Die hij, al naar gelang de stand van zijn penis, met enige regelmaat afwisselde. Gevolg: Heel Erg Veel Sores. En dat moest allemaal over de telefoon besproken worden. Elke 10 minuten. Ik moest zelfs een keer high speed naar Schiphol racen om daar 800 Euro cash af te geven aan Priscilla die met haar broer niet door de douane kwam omdat deze top gozer nog 2400 Euro aan parkeer boetes had uitstaan. Het waren absoluut enerverende uurtjes. Kemals kinderen kwamen ook regelmatig aan het raam geld ophalen. ‘Pap, mag ik wat sakgeld jah?’. Ik zag het geld waar ik hem net mee had betaald weer door het raampje naar buiten verdwijnen. Grote kans dat het een uur later alweer was opgezopen, gerookt of gesnoven. Kemals vrouw zat in de bijstand dus die had niet al te veel centjes. Hoezo in de bijstand? Ja, ze was na de scheiding een beetje depressief geworden, en kon zich niet meer tot werken zetten. Nee joh, tuurlijk! Absoluut! Dat begrijp ik helemaal. Voor het gemak vergat ik even dat ik 70 uur per week draaide om mijn gammele loontje bij elkaar te schrapen, en ook net keihard was gedumpt. Ik sta met alle liefde 42% van m’n loon af om mensen zoals Kemals vrouw te helpen. Wat hebben we in Nederland toch een prachtig Sociaal Draagvlak. Lang verhaal kort: poging 4 en 5 beiden mislukt. Beiden bij Kemal. Poging 5 was zelfs het begin van de reeks ‘Staats-examen’. Ook wel bekend als BNOR. Weet je waar dat voor staat? Bureau Nader Onderzoek Rijvaardigheid. Ik heb er geen woorden voor…

Doorzetten! Hupsakee, we proberen het nog keer. En daar hadden we rijinstructeur numero 4: Harry. Toen ik de eerste keer in zijn Mercedes zat bulderde Harry van het lachen. ‘Jezus Christus meid, je komt amper met je koppie boven dat stuur uit’! Righto. Laten we maar gewoon gaan rijden. Harry was op zich een gezellige gozer. Als ik iets fout deed kneep hij in mijn been. Best wel hard. ‘Ik zeg altijd maar zo: je moet voeluh dat je wat fout heb gedoan. Anders blijf et niet hangen’. Ik kon me hier ergens wel in vinden, en hoopte dat deze methode misschien zou werken bij mij. Alles om dat godvergeten papiertje te halen. Poging 6 (met valeriaan pillen) mislukte desalniettemin, en poging 7 (onder invloed van Beta-blockers) net zo goed.

Vijfduizend euro verder en een frustratie niveau dat echt op springen stond heb ik besloten: DIT IS NIET MIJN DING! Iedereen raadde me aan om er mee door te gaan, de volgende keer zou ik het vast halen! Ik was nu zo dichtbij! F*ck you all. Ik. Kap. Er. Mee. En dat heb ik gedaan. Just like that. Nu zijn we drie kwart jaar verder. En heb ik gister toch weer stiekem een nieuwe rijschool gegoogeld. Zelfs gebeld, nog net geen proefles aangevraagd.

Zucht. Steun. Slik. Eight is a charm?

Kleine ochtend notitie


Ik fietste vanmorgen naar mijn werk, en het was een zware tocht. Nog 2 weken totdat mijn Grote Vakantie begint en tot die tijd zit ik vast in een land dat pertinent weigert om mee te doen aan de zomer. Om mezelf op de been te houden heb ik een ouderwetse afstreep-kalender gefabriceerd zodat ik elke ochtend een dag kan wegstrepen. Eleven days to go… Terwijl ik met matige been inspanning richting kantoor trapte dacht ik: Hoe leuk zou het zijn als er vandaag opeens iets HEEL raars zou gebeuren? Iets waar iedereen van zou opschrikken en de hele dag over zou praten. En dan liever niet dat Amy Winehouse dood is, of het feit dat Anders Behring Breivik (terreur aanslag Noorwegen) zo’n persoon is die op 12 jarige leeftijd al in een gesticht vast had moeten zitten. Kill & Attack kan beter achter tralies op een gameboy gespeeld worden.

Nee, ik bedoel iets leuks. Iets grappigs. Iets raars. Dat iedereen s’ochtends wakker wordt en dat alle blaadjes aan de bomen opeens blauw zijn. Dat alle grachten opeens gevuld zijn met rond dobberende flamingo’s. Dat eitjes opeens een roze dooier hebben in plaats van een gele. Dat alle wolken (en dat zijn er nogal wat) gemaakt zijn van suikerspin. Dat mensen hun hoofd opeens 360 graden kunnen laten draaien. Gewoon dingen die je niet voor mogelijk zou kunnen houden. Dat ik niet 6 keer gezakt ben, maar al jaren een rijbewijs heb. Ik noem maar wat…

Fantasie, ik kan er nogal wat mee. Het is een spier die je moet blijven trainen. Voor je het weet is het een lamlendig peesje waarvan je niet eens meer weet waar het voor bedoeld was.

Dat was eigenlijk het enige wat ik even wilde melden.

Thursday, 21 July 2011

Row, row, row your boat


Trouwen. Wat vinden we daar nou eigenlijk van? En waar is deze mening op gebaseerd? We kunnen ons allemaal de serie ‘Married... with Children’ nog wel herinneren. Een mooie tijd waarin Al Bundy the ‘average american dad’ vertegenwoordigde en Christina Appelgate nog een redelijk onbekende puber was, pre-borstvergroting. Voor de Theme Song van de serie had men gekozen voor ‘Love & Marriage’ van Frank Sinatra. Lets try to remember the tunes, shall we?:

Love and marriage, love and marriage
Go together like a horse and carriage
This I tell you brother
You can't have one without the other

Love and marriage, love and marriage
It's an institute you can't disparage
Ask the local gentry
And they will say it's elementary


Oh ja! Het deuntje zal in 9 van de 10 gevallen weer omhoog komen, maar kijk nog eens goed naar de tekst. Kunnen we ons daar nog in vinden? Of voelt het net zo oud en stoffig als je oma’s wandtapijten? Grote kans dat het die laatste is. En toch speelt ‘trouwen’ nog steeds een grote rol. Iedereen heeft er in ieder geval een mening over. Zo heb ik vriendinnen die het HEEL graag willen, maar er zitten er zeker ook een paar tussen voor wie het niet per se hoeft. En als het dan echt moet, willen ze wel gewoon in een simpele outfit trouwen. Iets groens of zo. Niet zo’n vlambare taart-jurk. Gewoon simpel, geen poespas, lekker Nederlands. De Britse zigeunerfamilies van My Big Fat Gypsy Wedding zullen geschokt reageren.

Goed, we spelen dus in ieder geval met de gedachte. Hoe staat het met de statistieken?
Op internet vertelt www.cijfers.net ons dat er in Nederland jaarlijks ongeveer 73.000 huwelijken gesloten worden, daarvan eindigt zo’n 34 % in een echtscheiding. Nederlanders hebben ook wat langer de tijd nodig eer zij ervoor kiezen in het huwelijksbootje te stappen – al dan niet met reddingsvest, beter bekend als Huwelijkse Voorwaarden -. Zo zijn mannen gemiddeld 37, en vrouwen gemiddeld 33 jaar wanneer ze trouwen. Na de witte broods weken begint de wedstrijd; wie houdt die het langste vol? Binnen 1 jaar loopt 0.26% van de huwelijken stuk, en daarna gaat dit percentage alleen nog maar omhoog. In jaar 5 van Marital Bliss vliegen hubby & wife elkaar al regelmatig in het haar, en dit resulteert in een scheidingspercentage van 6%. Als je het voorbij de 5-jaars hurdle rate hebt gehaald kan je jammer genoeg niet achterover ploffen en je voetjes op de koffietafel gooien. Het gemiddelde huwelijk duurt namelijk (maar) 14 jaar. Kortom: The show must go on!!! Neem je vooral goed voor niet in 1 van de 3 valkuilen te stappen - gebrek aan aandacht, gebrek aan communicatie, ontrouw - en je hebt misschien nog een kleine kans om te voldoen aan de laatste vow ‘till death do us part’.

Persoonlijk zit ik nog net onder de gemiddelde leeftijd waarop mijn lotgenoten al dan niet zullen besluiten te trouwen. Maar het begint al te rommelen. Zo heb ik nu al 3 huwelijken afgelopen in de luttele tijd van 5 maanden. Deze frequentie zal in de komende jaren alleen maar omhoog gaan. En begrijp me niet verkeerd, I’m loving it. Ik geloof, geheel tegen beter weten en www.cijfers.net in, dat er nog zoiets bestaat als ‘happily ever after’. Na-tuur-lijk heb ik stiekem al allerhande scenario’s op de plank liggen. Ook voor mijn omgeving is dit geen verassing. Vriendin M heeft al aangeboden ooit ceremoniemeester te zijn. Temeer – en dit zijn haar woorden – omdat ze weet wat voor Terror Bride ik zal zijn, en dat zij waarschijnlijk de enige in mijn vriendenkring is die bijkomende stress & frustratie aankan. Thanks M, I appreciate it babe.

En toch en toch en toch, zie ik mensen van mijn leeftijd al vaak in zak en as zitten. Getrouwd of niet, samenwonend, whatever. De een is 7 jaar samen, de ander een paar maanden. Zonder alle poespas, contracten, strikken en cliche’s waar relaties aan onderhevig zijn is er eigenlijk maar 1 vraag: Heb je de kracht en neem je de moeite om elkaar jaar in jaar uit bij te houden? De crux zit ‘m in het werkwoord ‘houden’. Kan je, door middel van elkaar bijhouden, elkaar onderhouden (in emotionele zin), het met elkaar uithouden, uiteindelijk je relatie/huwelijk volhouden? Het werkwoord ‘houden’ heeft een stilstaande connotatie, alsof er geen vooruitgang in zit. En dat willen we nou juist wel. We willen veranderen, vooruit, sneller, betere versies van onszelf worden. En we vergeten de ander daarbij te betrekken. Dat is de reden dat we elkaar uit het oog verliezen. Dat, en gemakzucht om hier iets aan te veranderen. Herken je jezelf hierin, dan zou ik dat huwelijksbootje nog maar even opgevouwen in de schuur laten liggen.

Wednesday, 20 July 2011

De Coach & De Tijger


Als ZuidAs-er myself vind ik het laatste jaar veel herkenning in de vermakelijke verhalen van de Ladies Anonymous van www.zozuidas.nl. Het is altijd fijn om te weten dat er naast jou nog honderden andere jongelingen tegen dezelfde muur oplopen. Voelt toch weer wat minder eenzaam als je ‘s avonds in bed ligt te piekeren over de zin van het leven. Of, om het wat specifieker te maken, de zin van JOUW leven.

Het zal na mijn laatste post ‘Saai’ niet geheel als donderslag bij heldere hemel komen dat ik zit te spelen met de gedachte om van baan te wisselen. Nu heb ik het gevoel dat de meeste mensen daar altijd wel voor open staan, opportunistisch als we zijn. Zolang de woorden ‘salaris’ en ‘flink omhoog’ in dezelfde zin worden gebruikt gaan onze oortjes klapperen. Tenzij die twee worden verbonden door ‘gaat niet’, maar als dat de strekking van het pleidooi is haken we sowieso al af. Toch zijn er belangrijkere redenen om de stap naar een volgende baan op de baseren. Zoals geluk.

Net op het moment dat ik voor mezelf had bedacht dat ik toch echt maar eens met een coach moest gaan praten stond er op ZoZuidAs een verhaal over één van de schrijfsters die de droom had van een advocaten kantoor te switchen naar de reclame wereld. Wat een feest van herkenning was dat voor mij! Soul Sistah, ik zit precies in hetzelfde schuitje… Zo’n 10 jaar geleden ontbrak het mij aan moed, doorzettingsvermogen en fantasie om tegen mijn economisch opgeleide vader te zeggen ‘Paps, love you man, maar ik ga totaal een andere richting op dan jij’. In plaats daarvan koos ik braaf voor een studie International Business, deed een Master in Finance en pimpte mijn CV met allerhande glorieuze bezigheden. Het beeld was geschetst: ik zou ooit in een loeiend strakke Chanel outfit de wondere wereld van bankieren veroveren en die mannen eens laten zien wat ik allemaal in huis had. Jammer genoeg ben ik in dat proces totaal vergeten om mezelf af te vragen ‘goh, vind ik dit wel leuk?’. Met als gevolg dat ik nu al 2,5 jaar gevangen zit en mijn kleine teen schreeuwt om veranderingen naar een andere tak van sport. Na 1 jaar braaf overuren schrijven in een M&A team besloot ik de gok te wagen. Ik zou de PR wereld in gaan, voor een groot mode huis gaan werken, account manager van Zwitsal worden, of iets in die richting. Jullie merken dat dit nog redelijk uiteenlopende voorbeelden zijn, waarschijnlijk omdat ik voor het eerst mijn fantasie de vrije loop liet gaan.

De buitenwereld reageerde nou niet bepaald zoals verwacht, of gehoopt. Ik was te eenzijdig opgeleid, had alleen praktijk ervaring in de bankensector, en kon niet aantonen een commercieel of marketing technisch sterk persoon te zijn. Het feit dat ik ondanks alle van-te-voren-wel-bekende tegens daar alsnog mezelf fanatiek probeerde te verkopen telde niet mee. Met hangende pootjes ben ik afgedropen en omdat ik toch echt toe was aan verandering ben ik maar voor de volgende laffe baan in Finance World gegaan. Nu, 2 jaar later, zit ik weer op hetzelfde punt.

De vraag van mijn coach, na dit hele verhaal aangehoord te hebben, was: ‘Hoe voel je je hierbij? Probeer eens één van de 4 B’s (blij, boos, bang, bedroefd). Wat ik voel is bedroefdheid. Kennelijk is het niet mogelijk om met een goed stel hersenen te komen waar je wilt. Kennelijk ben je gedwongen zeer cruciale keuzes te maken op een leeftijd dat je nog met totaal andere dingen bezig bent. Kennelijk bepalen de eerste 3-5 jaar dat je werkt, de tientallen opeenvolgende jaren tot je 65e. Waarom is mij dit nooit verteld?! Het zal wel weer mijn ultieme naïviteit zijn, bedroevend is het wel.

Maar goed! We laten onze kop niet hangen. Elke ster aan de top is wel eens afgewezen. Daar leer je van, wordt je hard van, je wordt sterker en groeit als volwassen persoon etc. Kortom, ik ga opnieuw proberen een ander pad in te slaan. Met mijn coach in de arm zal deze tijger eens even laten zien dat ik single-handedly een veel betere reclame kan bedenken voor Swiffer dan die inspiratieloze rotzooi die er nu langs komt.

Hallelujah, Praise tha Lord!

Tuesday, 12 July 2011

Saai...


OM-fucking-G, wat is het leven soms saai! Nee maar echt. Dit is de zoveelste dag dat ik op kantoor zit, om me heen kijk en denk: Jullie zijn allemaal de meest saaie, meest inspiratieloze, ongeïnteresseerde stumpers die ik ken! En dan realiseer ik me iets wat nog veel erger is: Ik ben er één van!

Once upon a time, in a land far far away zat ik op 16-jarige leeftijd op de fiets van school naar huis en dag-droomde mijn hele leven bij elkaar. Verschillende scenario’s passeerden de revu. Ik zou hoofdredactrice van Vogue worden en Anna Wintour van haar troon stoten. Ik zou de eerste vrouwelijke CEO worden van een mega cool bedrijf. Tijdschriften zouden mijn naam dragen. Op de vraag ‘who are you wearing??’ in Cannes, zou mijn naam over de rode loper schallen. Britney Spears zou u tegen me zeggen. Grootheidswaan wellicht, ja. Geen van bovenstaande doelen zijn ooit bereikt. Behalve misschien dat Britney nu wel u tegen me zou zeggen, maar dat kan ze maar beter tegen iedereen doen, want veel soeps is ze zeker niet meer.

Een studie, vele feestjes, ‘extra-curricular activities’, talloze reizen, stage’s, tentamens en scripties verder heb ik eindelijk een Goede Baan. Zelfs een hypotheek. En ik verveel me helemaal dood. Tenminste, tussen 8-6. De rest van mijn leven is op zich één groot feest. Vandaar dat het grote contrast tussen beiden werelden me zo zwaar valt.

Nu vraag ik me af; is dit normaal? Of is dit wat men noemt ‘volwassen worden’? Ik zal de eerste zijn toegeeft dat ik in een onbewaakt moment nog steeds stiekem weg droom en mezelf in een overvolle arena, met kittig pakje en wapperende haren, die tent ondersteboven zie rocken. Moet ik me, de 30 naderend, maar gewoon neerleggen bij het feit dat ik dus niet een Groots & Meeslepend Leven zal hebben? Ophouden met zeuren, pc aanzetten, en financiële analyses uittypen?

Mijn moeder zegt wel eens; ‘moest dat nou weer’? Als ik zonder stem, brak aan de telefoon hang nadat ik voor de zoveelste keer op zaterdagochtend om 6 uur de Cool Down ben uitgekropen. ‘Ben je daar ondertussen niet te oud voor’? Nou mam, waarschijnlijk wel. Maar ik moet nou eenmaal op vrijdagavond 12 uur lang, zovéél lol hebben, dat ik 50 hele saaie kantooruren kan compenseren.

Ergens is het een geruststellende gedachte dat mijn collega 4 stoelen verder eruit ziet als de grootste Grijze Muis ever, maar dat hij in z’n hoofd misschien wel keihard staat te bouncen op ‘Bad’ van Michael Jackson.

Thursday, 7 July 2011

Humores in 2011


Ik heb een erg algemeen geïnteresseerde, wel onderlegde vriendin. Laten we haar F noemen. F weet Vrij Veel over Bijna Alles. Deze kennis wordt gevoed door talloze weetjes die ze hier en daar op doet; intellectuele programma’s op Nederland 1,2 en 3, kranten, boeken, maar vooral door haar moeder. F’s moeder is een vrouw waar weinig mensen om heen kunnen, aldus haar dochter. Beide dames hebben gemeen dat hun weloverwogen meningen vrijwel nooit te weerleggen zijn. Een pure bron van 99% kennis, en wellicht een beetje bluf. Zo zei F heel blasé over iemand: ‘Ach ja, dat was wel te verwachten. Die jongen is natuurlijk een pure flegmaat’. Een flegmaat? Reden om op onderzoek uit te gaan. Je vocabulaire uitbreiden is namelijk een belangrijke levenstaak.

Volgens de oude Grieken werd de gemoedstoestand van mensen bepaald door het (on)evenwicht tussen vier lichaamssappen – in het Latijn ‘humores’-: bloed, geel gal, zwart gal en slijm. Gebaseerd op de overheersende ‘humor’, werd een persoon ingedeeld in 1 van de 4 temperamenten: 1) Sanguinisch; vurige energieke mensen door een teveel aan bloed. 2) Cholerisch; makkelijk irriteerbare en snel kwaad te krijgen mensen door een teveel aan geel gal. 3) Melancholisch; neerslachtige, introverte en depressieve mensen door een teveel aan zwart gal. 4) Flegmatisch; kalme en weinig emotionele mensen door een teveel aan slijm. Deze Humorestheorie was vooral populair tijdens de Middeleeuwen, maar ook nog lang daarna.

Het eerste wat me opviel was dat ‘de persoonlijkheden’ in de Middeleeuwen volgens de Grieken niet al te best in hun vel zaten. Mensen waren snel geïrriteerd, neerslachtig, weinig emotioneel of vurig. Vanuit een zonnegroet gebalanceerd in het leven staan was er toen kennelijk nog niet bij. De Grieken hadden het er maar zwaar mee. In de Middeleeuwen en nu nog steeds. Tijd om je op je centrum te focussen en in het reine met jezelf te komen terwijl je je aura naar hogere sferen mediteert, zit er ook niet echt in als je overheid op het punt staat failliet te gaan.

Vroeger waren de Grieken natuurlijk druk bezig met oorlog voeren en hun Rijk uitbreiden. Uitputtende strijden werden afgewisseld met een klein moment van rust. Anno nu zijn de landsgrenzen allemaal netjes bepaald, daar hoeven we ons zwaard niet meer voor te trekken. Althans, in de westerse wereld. Maar ‘het Rijk uitbreiden’ gaat natuurlijk nog wel vrolijk verder in The Corporate World van vandaag. Dit proces noemen we Mergers & Acquisitions. Ook wel bekend als Murders & Executions. Zien we de vergelijking al? Nu wil het feit zich voordoen dat ik momenteel op een werkplek zit waar, om in de taal der Middeleeuwen te blijven praten, de Grieken en de Romeinen in een Merger Process zitten. Suffice to say: het gaat niet van een leien dakje… In elke industrie heb je deze concurrentie strijd wel: Procter & Gamble en Beiersdorf, Shell & BP, More of the Same & Need I go on? Punt is: zet medewerkers bij elkaar onder 1 dakje en mensen vechten elkaar de tent uit. En dan zie je opeens wel erg bekende karaktertrekken langzamerhand terug komen. Diep verstopt van binnen, want we zijn Goed Opgevoed en Politiek Correct, komt het toch weer naar buiten. Vurig, irriteerbaar, weinig emotioneel en neerslachtig. Nog nooit werd met zoveel geweld de wekker s’ochtends uitgeramd voordat men zuchtend en steunend richting kantoor ging. Ready for today’s battle.

Met dank aan F & haar moeder voor de realisatie dat tijden toch eigenlijk nooit echt veranderen. Een wisseling van decor, andere munitie, maar dezelfde situatie.

Ps: Humores wijsheden zijn gesponsord door Wikipedia

Tuesday, 5 July 2011

De grenzen van fatsoen


Je hoort wel eens dat mensen steeds meer op elkaar gaan lijken, naarmate ze langer bij elkaar zijn. Zo schijnen baasjes zelfs op hun eigen hond te gaan lijken. Zo ook bij mensen. Niet alleen de uiterlijke kenmerken convergeren, maar vooral de manier waarop men in het leven staat wordt verkleind van 2 meningen, 2 idealen, 2 persoonlijkheden naar 1. ‘Wij vinden dit en dat. Wij kunnen komend weekend niet BBQ-en. Wij hebben een hekel aan de PVV. Wij snappen niet waarom de buren die k*t boom niet eens fatsoenlijk snoeien.’ Je hebt bijna het lef niet meer om op te staan, je bestek op tafel te smijten en ietwat bevend te roepen ‘toevallig, eh.. toevallig vind IK dat wel een prachtige boom, en voor mij, ja, wat MIJ betreft hoeft ie helemaal niet gesnoeid te worden’. Naar de buitenwereld toe verandert de ‘ik’ in een ‘wij’. Maar hoe zit dat in een relatie zelf? Hoeveel van jezelf blijft van jou, en wat dien je allemaal wel en niet te (moeten) delen?

In den beginne doen we ons allemaal voor als de grappigste, leukste en meest aantrekkelijkste versie van onzelf. Dit heet de paringsdans. Benen worden dagelijks geschoren, nagels gelakt, we slapen MET make up op, poetsen snel onze tanden voordat hij/zij ook wakker wordt en vinden het absoluut geen probleem om vervelende huishoudelijke klusjes te doen (lees boodschappen doen, afwassen, stofzuigen, strijken e.d.). Langzamerhand versoepelt dit proces en gaan we ons gedragen als onszelf. Dat betekent vaak met een paar milimeter langer haar dan wenselijk, hier en daar een afgebeten nagel, ongewassen haar, en soms een chagerijnige snauw in plaats van de meer wenselijke freedent smile. En toch blijven er dingen die je voor jezelf wilt houden. Of je nou 2 maanden of 2 jaar bij elkaar bent (of 2 decennia, maar daar heb ik nog geen ervaring mee dus daar durf ik niet over te oordelen).

Met stip bovenaan op dit lijstje: Naar de wc gaan. Ik heb hier uitgebreide en omvangrijke discussies met mijn vriendinnen over gevoerd. Het feit doet zich namelijk voor dat mijn vriend een badkamer, met wc, ZONDER deuren heeft. En dat dit ‘kamertje’ zich om de hoek van zijn bed bevindt. Hulde aan de voor-oorlogse architecten van het historische Amsterdam! Misschien dat jullie de urgentie hiervan nog niet helemaal door hebben, dus laat ik ter illustratie een vertederende situatie schetsen: Schatjelief heeft lekker Indonesisch gehaald, wat jij heel braaf naar binnen werkt en heerlijk zegt te vinden (ookal kan je ABOSLUUT niet tegen spicy food en krijg je hier een acute spastische darm van). Eenmaal bordje op, veeg je de zweetdruppels van je hoofd af, gooi je een halve liter water achterover en probeer je geconcentreerd het rommelen in je buik te negeren. Of ik ook nog een espresso en een sigaret wil? Nee dank je feestelijk, doe maar een kopje kamille thee. Naar de wc gaan is namelijk geen optie, althans niet voor mij. Niet als alles te horen, te zien en God bewaar me; te ruiken is. Is dat nou heel moelijk te begrijpen of zijn er meerdere trouwe metgezellen in de wereld die OOK van mening zijn dat er echt geen upside zit in dit soort rituelen met elkaar delen?! Echt, ik wil alles delen, ik wil mijn ziel bloot op tafel leggen en mijn diepste geheimen en angsten onthullen, maar die paar minuten per dag op de plee, die zijn gdvdmm gewoon van mij en dat blijven ze ook. WIJ zullen nooit naar de wc gaan. Nee, IK ga naar de wc. En daar hoort een deur voor. Die op slot kan!